Voor de tent op het strand staat de jeep het wordt vloed
Hij staat vast in nat zand voor de lak niet zo goed
Ik stap in en ik start in paniek geef ik gas
Maar de banden die graven nog dieper dan ‘twas
Wat ik duw, wat ik trek, Cherokee houdt goed stand
De frustratie wordt groot als ik languit in’t zand
Met het water tot áán beide lippen daar lig
En dat duurde toch zeker een tel of twintig
Ik ben moedeloos tegen de zijkant gaan staan
Daar komt Jan met een spade al hoofdschuddend aan
En hij graaft zonder moeite de vier banden vrij
Hij stapt in en vraagt rustig “vind je ‘tgoed als ik rij?”
Leave a reply